Nr. 11 – Silicea
– Astrologisch: Boogschutter
Bron:
Kiezelzuur wordt in alle cellen, dus in alle weefsels aangetroffen. Daaruit laat zich afleiden dat het werkingsgebied van Silicea bijzonder groot moet zijn. Het navolgende kan dan ook, althans binnen dit bestek, slechts enkele aanknopingspunten bieden.
Kiezelzuur in het bindweefsel geeft dit weefsel steun en stevigheid.
Verder vinden we kiezelzuur in belangrijke percentages in de nagels, de haren, de opperhuid en de elastische spierhuiden.
Eigenschappen:
Er bestaat een relatie tussen kiezelzuur en de witte bloedlichaampjes. Ferrum phos. heeft een dergelijke relatie met de rode! Kiezelzuur activeert de oplossing van urinezuurkristallen en ophopingen hiervan. Natrium phos. houdt het in oplossing en Natrium sul. activeert de afvoer.
Er is eveneens een nauwe relatie tussen kiezelzuur en de klierfuncties.
Toepassingen:
1 – Verslapping en degeneratie van het bindweefsel o.a. de vaatwanden.
2 – Alle, dus ook eenvoudige, afwijkende condities van de nagels en de haren zoals uitval of breken, splijten, schilfervorming.
Uitwendige behandeling met een colloidale oplossing van dit middel schijnt o.a. bij nagelriemklachten het genezingsproces te bespoedigen.
3 – Zweetregulatie.
Kunstmatige onderdrukking van transpiratie kan tot ernstige condities leiden. Silicea activeert het transpireren weer, waardoor de effecten die het resultaat van de zweetonderdrukking zijn, verdwijnen.
4 – Inzake storingen van de opperhuid moeten hier vooral de uitzwetingen met een jeukende inhoud genoemd worden, evenals de huidjeuk zonder zichtbare verschijnselen. Ook de huidjeuk bij oudere personen is een uiting van een tekort aan kiezelzuurmoleculen.
5 – Etteringsprocessen.
Hierbij moet worden opgemerkt dat Silicea D12 niet zozeer de uitzweting, alswel de absorbering en verdeling van de etter activeert. Dit is van speciaal belang voor een biochemische benadering van oude bloeduitstortingen, die de neiging hebben om niet te willen oplossen.
Willen we de uitzweting van etter activeren, dan is de D6 potentie hiervoor het meest aangewezen.
6 – Silicea kan ophopingen van urinezuurkristallen tot oplossen activeren. Deze ophopingen laten zich herkennen als jichtknobbels, pijnlijk knarsende gewrichten e.a. Ook menige (nier-) steenvorming heeft een urinezuur-structuur. Natrium phos. dat bij dergelijke condities in afwisseling met Silicea gegeven wordt, houdt het urinezuur in het organisme in een oplossingstoestand.
Er moet op gewezen worden dat de oplossende invloed van Silicea bij nieren of blaasstenen alleen resultaat te zien geeft, wanneer het om ophopingen van urinezuurkristallen (zgn. ‘uraatstenen’) gaat. Bij andersoortige chemische ophopingen is het oplossingseffect van Silicea niet te garanderen. Om welke chemische samenstelling het, in een gegeven geval, gaat is alleen door onderzoek van het niergruis te constateren.
7 – De scrofuleuze condities en verder alle storingen van de klierfuncties verlangen Silicea.
Vaak zijn voedingsstoringen hier de oorzaak. Meestal wordt bij deze condities Silicea in afwisseling met Calcium phos. gegeven, soms maanden lang.
8 – Enkele karakteristieke condities.
– Gebrekkige spijsvertering en stofwisseling. Kinderen met deze conditie ‘gedijen’ niet, tonen een gebrekkige bouw van het botsysteem, zijn huilerig, zijn gevoelig voor kouvatten en etteringsprocessen, hebben prikkelbare stemmingen.
– Storingen van de alvleesklierfunctie.
– De uitzwetingen van de Silicea-conditie zijn scherp, beschadigd en ruiken smerig.
Opmerking:
In de natuurgeneeskundige literatuur wordt erop gewezen, dat Silicea bij de behandeling van kankercondities waardevol zou kunnen zijn. Theoretisch is dit zonder meer begrijpelijk en wel, vanwege de nauwe relatie tussen het
Afspraak maken met Alie Wouda? Stuur een bericht naar info@natuurpraktijkaurora.nl