Rosacea

Rosacea is een chronische ontstekingsziekte van de huid, die vooral voorkomt in het gezicht. Het wordt gekenmerkt door blozen, tijdelijke of permanente rode huid, puistjes of bultjes en verwijde bloedvaten die zichtbaar zijn in de huid. De huid kan op sommige plaatsen verdikt zijn, door vergroting van de talgklieren en de vorming van te veel bindweefsel (fibrose). Dat kan onregelmatige rode zwellingen (phyma) veroorzaken op de neus, de kin, het voorhoofd, de oren en de ogen. Een rode, bultige neus (rhinophyma) bij rosacea wordt vaak verward met een ‘alcoholneus’. Men kan jeuk of een stekende of brandende pijn in de aangetaste huid ervaren.

Rosacea kan ook de ogen aantasten en uiteenlopende oogklachten veroorzaken, van milde irritatie of het gevoel dat er iets in je oog zit tot ernstige ontsteking, zowel van de oogleden als van het oog zelf.

Rosacea wordt onderverdeeld in verschillende vormen, afhankelijk van welke symptomen overheersen (roodheid, puistjes, phyma of oogontsteking). Meestal komen alle symptomen gelijk voor, maar niet allemaal in dezelfde mate.

Overdreven immuunrespons

Rosacea is een heel complexe huidaandoening, waarvan de oorzaken nog niet helemaal begrepen worden. De belangrijkste factor is een verstoord immuunsysteem in de huid, een overmatige reactie van de bloedvaten, het zenuwstelsel, lymfevaten, immuuncellen en talgklieren op bepaalde omgevingsfactoren of uitwendige en inwendige triggers (Buddenkotte J, 2018).

Mensen met rosacea hebben vaak hoge concentraties cathelicidine in het bloed en in de huid. Cathelicidine is de antimicrobiële peptide die aangemaakt wordt in respons op micro-organismen, onder andere met behulp van vitamine D (Park BW, 2018).

Beschadiging of infectie van de huid verhoogt de aanmaak van actief vitamine D in de huid, dat de aanmaak van cathelicidine stimuleert. Cathelicidine activeert verschillende ontstekingsfactoren om de huid te herstellen. In normale omstandigheden wordt cathelicidine afgebroken tot kleinere peptiden die een sterkere antimicrobiële werking hebben en minder ontsteking veroorzaken. Bij rosacea worden andere vormen van cathelicidine aangemaakt, die meer ontsteking veroorzaken, de bloedvaten verwijden en de opstapeling van bindweefsel verhogen (Yamasaki K, 2007).

De verhoogde aanmaak van cathelicidine bij rosacea is gelinkt aan een verhoogde activiteit van mastcellen. Dat zijn immuuncellen die verantwoordelijk zijn voor een verhoogde stressrespons in de huid, activatie van het zenuwstelsel, het verwijden van de bloedvaten, zwelling, rood worden van de huid en een verhoogde aanmaak van bindweefsel. Het afremmen of stabiliseren van mastellen wordt beschouwd als een belangrijke factor voor het verbeteren van rosacea (Muto Y, 2014; Wang L, 2020).

Natuurlijke mastcel stabilisatoren

  • vitamine C, vitamine D, vitamine E

Auto-immuniteit

Rosacea is sterk gelinkt aan auto-immuniteit. Mensen met rosacea hebben heel vaak auto-immuunziekten zoals diabetes type 1, multiple sclerose, coeliakie (glutenintolerantie), reumatoïde artritis en auto-immune schildklierontsteking (Egeberg A, 2016; Berksoy Hayta S, 2018).

Mensen met rosacea hebben vaak varianten van bepaalde genen die ook bij auto-immuunziekten gezien worden, zoals HLA-DRB1, HLA-DQB1 en HLA-DQA1 (Chang ALS, 2015).

Een van de belangrijkste oorzaken van auto-immuniteit is een verstoorde darmflora en een gebrek aan ontstekingsremmende nutriënten.

Ook een verhoogde activiteit van mastcellen is betrokken bij het ontstaan en het in stand houden van auto-immuniteit (Xu Y, 2015).

Mogelijke oorzaken van rosacea & factoren die het risico verhogen

  • genetische factoren (HLA-DRB1, HLA-DQB1 en HLA-DQA1)
  • verstoorde darmflora, verstoord microbieel evenwicht in de huid
  • verhoogde activiteit van mastcellen
  • auto-immuniteit
  • insulineresistentie, hoge bloedsuikerspiegel
  • infectie met demodex folliculorum mijten

Factoren die rosacea verergeren (triggers)

  • hitte, koude
  • ultraviolet straling
  • intensieve inspanningen
  • emotionele stress
  • cosmetica, formaldehyde
  • medicijnen
  • alcohol, wijn, sterke drank
  • hete dranken
  • capsaïcine (pepers, pikant voedsel)
  • cinnamaldehyde bevattende voeding: tomaten, citrusvruchten, chocolade, kaneel

Rosacea | symptomen, behandelen en tips | Drs Leenarts | Dermatoloog

Het effect van het voedingspatroon op de gezondheid van de huid

De huid heeft net als alle andere organen voedingsstoffen nodig om gezond te blijven. Wat men eet – of niet eet – heeft een grote invloed op de integriteit van de huidbarrière, het vermogen van de huid om zich te beschermen tegen schadelijke factoren, de immuunreacties, de wondgenezing, het microbieel evenwicht, de zuurgraad, de vochtbalans, de stevigheid en de elasticiteit. Een ongezond voedingspatroon of een gebrek aan bepaalde voedingsstoffen kan de huid sneller doen verouderen en gevoeliger maken voor huidziekten. Voeding is niet alleen een leverancier van voedingsstoffen voor de huid, maar beïnvloedt heel het metabolisme en alle hormonale, neuronale en immunologische signalen die de huid krijgt. Bij een gebrek aan voedingsstoffen zoals vitaminen, mineralen en vetzuren, wordt de huid vaak het eerst getroffen. De huid is dan weer het enige orgaan dat ook rechtstreeks van buitenaf gevoed kan worden.Heb jij huid problemen en wil je weten wat je eraan moet doen? Elke vrijdagochtend is er een inloop spreekuur bij Cocagne

Of stuur een bericht naar 0641979844

Alie Wouda van Natuurpraktijk Aurora

Acne

Acne vulgaris, ook wel jeugdpuistjes genoemd, is een inflammatoire huidziekte waarbij de talgklieren in de huid ontstoken geraken. Het komt vooral voor in het gezicht, op de rug en de borst. Het ontstaat vaak in de puberteit onder invloed van plotse hormonale wijzigingen, hoewel het ook op volwassen leeftijd kan voorkomen, ook bij mensen die er in hun jeugd weinig of geen last van gehad hebben. Acne die opkomt in de puberteit is in de meeste gevallen niet ernstig en gaat na verloop van tijd vanzelf weg. Bij sommige mensen kan acne echter heel ernstig zijn, langdurig aanhouden en littekens veroorzaken.

Ernstige acne wordt meestal behandeld met antibiotica, anticonceptiva, anti-androgenen en synthetische vitamine A.

Mogelijke oorzaken van acne & factoren die het risico verhogen

ACNE (JEUGDPUISTJES) | Wat kan ik er aan doen? | huidinfo.nl - uitleg van  de dermatoloog
  • te veel insuline en insulineachtige groeifactor (IGF-1)
  • te veel androgenen (mannelijke hormonen), verhoogde activiteit van androgeenreceptoren
  • te veel aanmaak van dihydrotestosteron (DHT) (verhoogde activiteit van 5-alfa-reductase)
  • polycystisch ovariumsyndroom (te veel insuline en mannelijke hormonen bij vrouwen)
  • te veel geraffineerde koolhydraten en suikers, voeding met een hoge glycemische belasting
  • te veel zuivelproducten (bevatten hormonen, verhogen insuline en IGF-1)
  • te veel stresshormonen
  • verstoorde darmflora, verstoord bacterieel evenwicht in de huid
  • oxidatieve stress, gebrek aan antioxidanten
  • medicijnen: corticosteroïden, immuunonderdrukkende medicijnen, chemotherapie, straling, lithium, …
  • cosmetica: te vette foundation, poeder make-up, antibacteriële reinigingsproducten, verzorgingsproducten met een hoge pH
  • te veel blootstelling aan ultraviolet straling (en een gebrek aan beschermende factoren in de huid)
  • luchtvervuiling

Talg, geoxideerde vetten & micro-organismen

Tijdens de puberteit wordt onder invloed van androgenen (mannelijke hormonen) meer talg aangemaakt in de huid. Op zich is dat geen probleem, maar wanneer er te veel talg aangemaakt wordt, kunnen de haarzakjes verstopt geraken en kunnen ze uitzetten en openbarsten, wat ontsteking in de huid veroorzaakt. De bacterie Propionibacterium acnes, die zich voedt met talg, wordt overactief in en rond de haarzakjes en talgklieren en kan nog meer ontsteking veroorzaken, vooral wanneer de groei ervan niet onder controle gehouden wordt door antimicrobiële factoren, zoals een gezonde huidflora, een gezonde zuurgraad en antimicrobiële peptiden.

De bacterie Staphylococcus epidermidis heeft een beschermend effect, omdat het de groei van P. acnes afremt en de ontstekingsreactie tempert. Wanneer S. epidermidis in de huid uitgeroeid wordt (bijvoorbeeld door antibioticazalf), is de huid minder bestand tegen bacteriële infecties (Cogen AL, 2008). Orale of uitwendig aangebrachte probiotica op basis van S. epidermidis wordt beschouwd als een mogelijke therapie voor acne (Claudel JP, 2019).

Ook Malassezia schimmels voeden zich met talg en kunnen overactief worden wanneer talg zich opstapelt in de talgklieren en haarzakjes. Dat is een oorzaak van Malassezia folliculitis, een aandoening die sterk op acne lijkt en daarom soms schimmelacne genoemd wordt. De twee huidziekten kunnen ook tegelijk voorkomen (Pürnak S, 2018).

Een belangrijke bijdragende factor aan ontsteking van de talgklieren en haarzakjes is oxidatieve stress. De vetten in talg en in en rond de talgklieren en haarzakjes zijn gevoelig voor oxidatie (lipidperoxidatie). In normale omstandigheden worden ze daartegen beschermd door antioxidanten zoals vitamine C, vitamine E, carotenoïden, glutathion, zink, selenium, coënzym Q10, alfa-liponzuur en flavonoïden. Bij een gebrek aan antioxidanten worden de vetten in de talgklieren beschadigd, wat nog meer oxidatieve stress en ontsteking veroorzaakt. De geoxideerde vetten creëren bovendien een omgeving waarin bacteriën zoals P. acnes beter kunnen overleven (Bowe WP, 2010).

Te veel mannelijke hormonen & insuline

Testosteron wordt door het enzym 5-alfa-reductase omgezet in dihydrotestosteron (DHT), een vorm van testosteron die de androgeenreceptoren tien keer sterker activeert dan testosteron. DHT activeert de androgeenreceptoren in de talgklieren, waardoor de talgklieren meer talg aanmaken. Dat is belangrijk voor de gezondheid van de huid. Testosteron en DHT kunnen in de talgklieren en zweetklieren zelf aangemaakt worden en dragen bij aan het behoud van de huidbarrière, de wondgenezing en de haargroei (Zouboulis CC, 2007).

Hoewel acne gelinkt wordt aan te veel mannelijke hormonen, gaat het vooral om te veel DHT en een verhoogde activiteit van androgeenreceptoren in de huid, de receptoren die geactiveerd worden door testosteron en DHT (Lai JJ, 2012; Shaw JC, 2002).

Een vorm van metabool syndroom

Een van de belangrijkste oorzaken van te veel DHT, een verhoogde activiteit van androgeenreceptoren en te veel aanmaak van talg, is te veel insuline en insulineachtige groeifactor (IGF-1) (Lai JJ, 2012). Insuline en IGF-1 worden vooral verhoogd door een typisch westers dieet met een hoge inname van geraffineerde koolhydraten, suikers, zuivelproducten en dierlijke vetten en een lage inname van vezelrijke, polyfenolrijke voeding (Melnik BC, 2012).

Het ontstaan en de ernst van acne wordt heel sterk beïnvloed door het voedingspatroon. Acne komt niet voor bij niet-westerse bevolkingsgroepen die nog een traditioneel voedingspatroon hebben, zonder geraffineerde koolhydraten en suikers en met heel weinig zuivelproducten.

Acne wordt beschouwd als het metabool syndroom van de talgklieren en de haarzakjes (Danby FW, 2011; Melnik BC, 2018).

Natuurlijke anti-androgenen

Het remmen van de aanmaak – en vooral van de activiteit – van androgenen is een belangrijke factor in de behandeling van acne (Lai JJ, 2012). Farmaceutische anti-androgenen hebben ongewenste effecten, omdat zowel testosteron als DHT heel belangrijk zijn voor veel lichaamsfuncties, ook voor een gezonde huid. Natuurlijke androgeen regulerende stoffen – zoals omega-3 vetzuren, gamma-linoleenzuur, soja-isoflavonen, groene thee extract (EGCG) en resveratrol – zijn een veiligere manier om te veel actief testosteron of DHT in de huid af te remmen. Ze hebben bovendien nog andere mechanismen die de gezondheid van de huid ondersteunen (Jung JY, 2014; Riyanto P, 2015; Lu PH, 2016; Fabbrocini G, 2011).

Oorzaken van een verhoogde aanmaak van dihydrotestosteron (verhoogde activiteit van 5-alfa-reductase)

  • insulineresistentie, hyperinsulinemie (te veel insuline in het bloed)
  • te veel insulineachtige groeifactor (IGF-1)
  • een hoge inname van geraffineerde koolhydraten, suikers en zuivel (verhoogt de aanmaak van insuline en IGF-1)
  • een gebrek aan het omega-6 vetzuur gamma-linoleenzuur (GLA)
  • een gebrek aan het omega-3 vetzuur eicosapentaeenzuur (EPA)
  • een gebrek aan polyfenolen en flavonoïden (groenten, fruit, kruiden, specerijen, noten, zaden, thee, …)